M. Dupuytren

Wat is M. Dupuytren?

De ziekte van Dupuytren is een aandoening die vaak begint met noduli in de fascia palmaris. In een vervolgstadium kunnen deze noduli door strengen met elkaar verbinden. Deze strengen kunnen van de handpalm tot in de vinger(s)reiken en uiteindelijk een flexiecontractuur veroorzaken. Meestal zijn MCP en PIP aangedaan.
Soms zijn er ook knucklepads op de dorsale zijde van de vingergewrichten zichtbaar. De aandoening is vaak zichtbaar in dig 4 en 5 maar kan ook de andere vingers treffen. Er is sprake van een familiaire aanleg en de aandoening komt vooral voor bij mensen van Noord-Europese afkomst, boven 40 jaar. Mannen hebben deze aandoening vaker dan vrouwen. Ondanks dat de ziekte ook wel “koetsiersziekte” wordt genoemd is er geen bewijs dat specifiek handgebruik de symptomen verergeren. De aandoening verloopt vaak ernstiger indien de patiënt deze op jongere leeftijd krijgt en de aandoening meerdere vingers betreft.

Wat zijn de symptomen?

In het beginstadium zijn er noduli aanwezig die soms pijnlijk zijn. Als er strengvorming optreedt merken patiënten dat ze de hand niet meer vlak op een tafel kunnen leggen. Indien de vingers verder richting flexie trekken kunnen patiënten functionele hinder ondervinden. Zo wordt het bijvoorbeeld moeilijk om handschoenen aan te trekken, hand in de zak te steken en zichzelf te wassen. De aard en de ernst van de aandoening is onvoorspelbaar. Bij de ene patiënt blijft het bij noduli terwijl een ander ernstige flexiecontractuur kan ontwikkelen. Vaak treft de aandoening beide handen, de snelheid van de ontwikkeling is niet voorspelbaar.

Waar kunt u terecht?
Behandel-
mogelijkheden

De behandelmogelijkheden beperken zich tot symptoombehandeling. De aandoening is niet te genezen, de gevolgen  kunnen we echter beperken.

Er zijn diverse chirurgische mogelijkheden. Het is raadzaam om vroegtijdig  (bij voorkeur als de hand niet meer plat op een tafel gelegd kan worden) de patiënt naar een handchirurg door te verwijzen. Deze kan dan beoordelen wat in dit geval de meest geschikte behandelmethode is.

Dupuytren heeft in principe geen invloed op de dieper liggende structuren (zoals pezen), echter als één of meerdere vingers langdurig krom hebben gestaan kunnen er verkortingen  in pezen/banden, gewrichtskapsel en huid ontstaan die moeilijker op te heffen zijn. Vandaar dat een tijdige behandeling de voorkeur heeft.

Conservatief behandelen heeft geen zin, rekken van de strengen heeft vaak toename van het Dupuytren weefsel tot gevolg.

Handtherapie

Post operatief wordt de patiënt doorgestuurd naar een handtherapeut. Deze zal, in overleg met de handchirurg, bepalen welke nabehandeling gestart wordt.
Deze kan uit een verschillende interventies bestaan. In eerste instantie zal de postoperatieve wondgenezing aandacht krijgen. Het kan noodzakelijk zijn om een spalk te verstrekken die het littekenweefsel gedurende een aantal uren per dag/nacht op lengte houdt. Actieve oefeningen worden met de patiënt besproken om verklevingen te voorkomen. Passieve mobilisaties zijn zinvol als er gewrichtscontracturen zijn ontstaan door een langdurige kromstand.
Kortom de handtherapeut heeft, in overleg met de chirurg, verschillende mogelijkheden die afhankelijk van de genezing kunnen worden ingezet.

Duur

Tijdens de acute fase van de genezing zal de patiënt, indien nodig, intensief worden begeleid. Later, afhankelijk van het verloop van de genezing, wordt de behandeling afgebouwd. De volledige duur van herstel neemt 6 maanden in beslag.

Samenwerking artsen

In de instellingen vindt er een intensief contact plaats tussen de handchirurg en de handtherapeut.

De patiënt wordt meteen postoperatief gezien door de chirurg en therapeut samen. Tussendoor wordt er overlegd indien nodig.